Wat is protonentherapie?

Protonentherapie is een bestralingstechniek die het UMCG sinds 2018 aanbiedt. Momenteel heeft meer dan de helft van alle kankerpatiënten bestraling (radiotherapie) nodig. Het doel van bestraling is het doden van kankercellen. Daarbij moeten de gezonde cellen zo veel mogelijk gespaard worden.

In Nederland wordt bij bestraling van patiënten met kanker vrijwel altijd gebruik gemaakt van een behandeling met fotonen. Dit zijn onzichtbare stralen, elektromagnetische golven, waarmee ook röntgenfoto’s worden gemaakt. Fotonen geven hun dosis af in het te bestralen gebied (de tumor). Maar geven ook dosis af aan omliggende gezonde weefsels. Protonen geven hun dosis daarentegen nauwkeuriger af. Hiermee zorgen protonen in vergelijking met fotonen voor een verlaging van de stralingsdosis in omliggend gezond weefsel. Bij gelijkblijvende dosis in de tumor. Deze afname in dosis naar gezond weefsel kan resulteren in een afname in bijwerkingen. Protonentherapie biedt uitkomst voor patiënten waarbij de tumor dichtbij kwetsbare organen ligt. Of bij patiënten waarbij tumoren relatief ongevoelig voor de gebruikelijke bestraling zijn. Lees hier bij welke patiënten protonentherapie voordeel kan bieden.

Download de infographic 'Verschil Fotonen- en Protonentherapie'

Hoe werkt protonentherapie?

Protonentherapie is een bestralingsvorm waarbij tumoren in het lichaam worden bestreden middels een hoge dosis, nauwkeurige straling met protonen. Protonen zijn kleine, positief geladen kerndeeltjes die de meeste energie afgeven na het binnendringen van de tumor. Typisch voor protonen is dat ze tot een bepaalde diepte in het lichaam kunnen doordringen. Daarna verliezen ze hun energie. Hierdoor doen protonen vooral hun werk in de tumor zelf. Daardoor dringen zij veel minder door in het omliggende weefsel waardoor dit weefsel beter intact blijft. De kans op schade aan gezond weefsel en omliggende organen is hierdoor kleiner. Daardoor neemt het risico op bijwerkingen af.

Protonentherapie in Nederland

Protonentherapie is een door de Nederlandse overheid erkende therapie. Tot 2017 konden patiënten alleen in behandelcentra in het buitenland terecht. Als zij al in aanmerking kwamen voor protonentherapie. Om de therapie ook in Nederland te kunnen aanbieden, is een zogenaamde WBMV (Wet Bijzondere Medische Verrichtingen) vergunning nodig. Het UMCG Protonentherapiecentrum heeft deze vergunning en opende in januari 2018 als eerste protonentherapiecentrum in Nederland haar deuren.

protonentherapie

Wat zijn de voordelen van protonentherapie?

Het risico op bijwerkingen na protonentherapie is kleiner dan na een reguliere bestraling met fotonen. Dat geldt voor een deel van de patiënten die wordt bestraald. Dit komt ten gunste van het dagelijks functioneren en de kwaliteit van leven van de patiënt. Het risico op bijwerkingen is voor een deel afhankelijk van waar de tumor zich bevindt. Maar ook van het soort kanker. Protonentherapie levert daarom niet bij iedere patiënt dezelfde voordelen op.

Vroege en late bijwerkingen

Bij bestraling van tumoren is het onvermijdelijk dat er gezond weefsel wordt mee bestraald. Hierdoor kunnen bijwerkingen ontstaan.

  • Vroege bijwerkingen kunnen tijdens of vlak na de behandeling optreden. De aard van de bijwerkingen hangt af van de plek die wordt bestraald. Irritatie van de huid treedt bijvoorbeeld alleen op in het gebied dat wordt bestraald. Slikproblemen treden alleen op als de mond, keel of slokdarm in het bestralingsveld ligt. Diarree kan optreden als een deel van de darmen in het bestralingsgebied ligt. Vroege bijwerkingen nemen normaal gesproken geleidelijk af nadat de bestraling is afgelopen. Dit kan enkele dagen tot enkele weken duren.

  • Naast vroege bijwerkingen (die meestal weer overgaan), kunnen er ook late bijwerkingen optreden. Sommige klachten die tijdens de bestraling ontstaan gaan niet over. En kunnen op lange termijn zelfs toenemen. Bijvoorbeeld een droge mond na bestraling van de mond- of keelholte. Late bijwerkingen kunnen soms ook pas jaren na de behandeling ontstaan. Bijvoorbeeld een hartinfarct na bestraling voor borstkanker.

In alle gevallen geldt dat het risico op bijwerkingen toeneemt naarmate de hoeveelheid gezond weefsel dat tijdens de bestraling wordt geraakt groter is. Bij een aantal patiënten kan met protonen de hoeveelheid gezond weefsel dat wordt bestraald worden verminderd. Waardoor ook de kans op deze vroege en late bijwerkingen afneemt.

Download hier de infographic ‘Verschil Fotonen- en Protonentherapie’ (zie afbeelding hiernaast)

Zie ook

Uw behandelteam

Het UMCG Protonentherapiecentrum is een onderdeel van het Comprehensive Cancer Center van het UMC Groningen.

Uw behandelend arts bij het UMCG Protonentherapiecentrum is een radiotherapeut-oncoloog, een medisch specialist op het gebied van behandeling van kanker met protonenbestraling. Benieuwd naar uw behandelteam? We stellen ons graag aan u voor.